Orchis spitzelii SAUTER EX W.D.J. KOCH

F: Orchis de Spitzel
E: Spitzels Orchid
D: Spitzels Knabenkraut

Syn.: Barlia spitzelii Szlach   2001
Orchis patens subsp. spitzelii Love & KJellq 1973
Orchis viridifusca Albov   1895
Orchis brevicornis Marcilly   1869

Ety.: De naam is afkomstig van Anton von Spitzel, een Oostenrijkse boswachter en plantenverzamelaar, die de plant ontdekte in 1835 op de Weissbachalm in Oostenrijk op een hoogte van ca. 1700 meter.

Beschrijving :

Zoals de andere soorten uit het genus Orchis gaat het hier om een knolgeofyt, die ondergronds overwintert tijdens de ongunstige maanden. Gemiddelde hoogte tussen 20 en 40 cm. Aan de basis van de stengel bevinden zich 2 tot 5 ei- tot lancetvormige bladeren die vaak wat opgericht zijn en dus niet allemaal plat op de bodem liggen. Deze bladeren zijn glanzend groen en ongevlekt, hebben een lengte van 6 tot 12 cm en een breedte van 1,5 tot 3 cm. Naast dit grondstandige rozet bezit de stengel ook nog één of twee stengelbladeren die de jonge bloeiwijze omvatten maar later wat meer af gaan staan.

De bloeiwijze is tamelijk smal en cilindervormig en bevat 10 tot 25 bloemen. Aan de basis van elke bloem kan je smalle, donkerbruine schutbladeren vinden die ongeveer even lang zijn als het vruchtbeginsel. De zijdelingse sepalen vormen met de middelste petaal een helm die donker gekleurd is. De zijdelingse petalen staan hier vaak wat los van en zijn vrij kort met een olijfgroene basiskleur, aangevuld met rode vlekjes. De lip van de bloem is drielobbig en breder als lang maar omdat ze longitudinaal geplooid is, valt dat meestal niet zo op. De lip is variabel van kleur. De zone rond de ingang van het korte, dikke spoor is vaak wat lichter van kleur. De lip bevat meestal zeer veel donkerrode stipjes en vlekjes op een lichtroze ondergrond. Typisch voor deze soort is dat de ingang van het spoor wordt geflankeerd door 2 zijdelingse richels. Dat is vooral in zijaanzicht goed waar te nemen en een kenmerk van de hele sectie Robustocalcare, waar ook Orchis patens toe behoort. De grote stempelholte is goed zichtbaar omdat ze donkerder gekleurd is dan de rest van het zuiltje.

Variabiliteit

Er is variatie merkbaar in de kleurintensiteit van de bloemen en de grootte van de planten.

Bloeitijd

Vanaf midden mei tot eind juni. In het noorden van het verspreidingsgebied is de bloeitijd circa 2 weken later dan in het zuiden.

Habitat

Deze soort kan in een aantal verschillende biotopen worden aangetroffen zoals bosranden, stenige en grazige (sub)alpiene hellingen of wegbermen, open bos of vochtige, extensief beweide graslanden. Belangrijk is een voldoende hoeveelheid water in het voorjaar, koude winters (liefst met sneeuwbedekking) en een substraat dat neutraal tot kalkrijk is. Men kan O. spitzelii zowel in volle daglicht aantreffen als in halfschaduw.

Verspreiding

De soort bezit een erg verbrokkeld areaal en komt voor in de oostelijke Pyreneeën, de Franse Alpen en uitlopers (Vercors), Oostenrijk, de Apennijnen en Calabrië in Italië, De Balkan, Gotland (Zweden), en ook bepaalde streken van Bulgarije, Turkije, de Kaukasus en Griekenland.

Gelijkende soorten

Orchis spitzelii is nauw verwant met Orchis patens (subsp. patens en subsp. canariensis).
Er worden 3 ondersoorten onderscheiden, die door sommige auteurs worden aanzien als aparte soorten:

  • Orchis spitzelii spitzelii
    de zogenaamde nominaatvorm met de grootste verspreiding.
  • Orchis spitzelii cazorlensis
    beschreven uit de Spaanse Sierra de Cazorla, maar ook voorkomend op andere plaatsen in Spanje, de Balearen en Marokko.
    Deze planten zijn slanker, losbloemiger en bezitten een blekere bloemkleur. De helm van de bloem is doorgaans groener en de  sepalen bezitten meestal geen rode vlekjes. De lip is langer en breder. Er werd een genetisch verschil gevonden tussen cazorlensis en spitzelii en ook een verschillend chromosomenaantal.
  • Orchis spitzelii nitidifolia
    ook vroeger bekend als Orchis prisca, een endemisch taxon van Kreta. Deze planten zijn meer gedrongen, bezitten geplooide bladeren die ook korter zijn. De lip is dieper ingesneden en bevat meestal alleen in het blekere centrum een reeks rode vlekjes. Dit taxon vertoont genetisch meer verwantschap met cazorlensis dan met spitzelii.

Opmerkingen

Er zijn kruisingen bekend met andere Orchis soorten, zoals
O. anatolica x O. spitzelii (nog niet beschreven en dus onbenoemd) 

O.mascula x O. spitzelii (Orchis xpetterssonii)

O.pallens x O. spitzelii (Orchis xklopfensteiniae)

O. patens x O. spitzelii (Orchis xalgeriensis)

O. provincialis x O. spitzelii (nog niet beschreven en dus onbenoemd)

Tekst : Walter Van den Bussche, video : Patrick Mannens,  foto’s : Patrick Mannens, Walter Van den Bussche,  Daniel Ghyselinck, Felix Baeten.  Met dank aan de vele fotografen die ons beeldmateriaal bezorgden van deze soort.

Volgende maand : Orchis lutea

Alle foto’s zijn welkom.  Stuur ze naar secretariaat@semo.vlaanderen.  Alvast bedankt.