De maatschappelijke zetel van onze vereniging is administratief gevestigd in de Plantentuin van Meise. We houden er bijvoorbeeld onze jaarlijkse ontmoetingsdag.

Maar voor de orchideeënliefhebber biedt de tuin zoveel meer.

Er is een zone – dicht bij het Van Heurck auditorium, onze vaste plek voor de jaarlijks presentaties – waar sinds enkele jaren een aantal planten van Anacamptis pyramidalis worden aangetroffen. Dit jaar tellen we minstens 10 bloeiende exemplaren.

Tussen het herbariumgebouw en het Plantenpaleis telden we in december een 40-tal rozetten van de bijenorchis (Ophrys apifera). Met stokjes markeren we elke plant. Ze zullen zeer waarschijnlijk niet allemaal bloeien en een aantal vielen ten prooi aan slakken, maar op dit moment staan er toch wel een tiental planten in knop

Maar beter nieuws komt van de vertegenwoordiging van het geslacht Dactylorhiza. In het grasveld achter het kasteel staan er erg veel. Waarschijnlijk gaat het hier meestal om  hybriden. Er staan nog wel een aantal zuivere planten van Dactylorhiza fuchsii (de bosorchis) en ook Dactylorhiza maculata zou gespot zijn, maar het overgrote deel zijn D. praetermissa (de rietorchis) en de hybriden tussen bos- en rietorchis. Bovendien zijn er tuiniers die instaan voor het maaien van het gras, die me uitnodigden om een ander grasveld te verkennen, waar ook een heleboel Dactylorhiza planten verschijnen. Waarschijnlijk zaailingen van de planten op het veld naast het kasteel. Ik ga er van uit dat het merendeel ook hybriden zijn.

Misschien ben ik te optimistisch. Maar de Plantentuin ligt niet zo ver weg van de verkeerswisselaar tussen A12 en de Brusselse ring. En daar hebben we ook het vogelnestje (Neottia nidus-avis), de bokkenorchis (Himantoglossum hircinum) en de welriekende nachtorchis (Platanthera bifolia) gespot. Hopelijk verschijnen in de nabije toekomst ook vertegenwoordigers van deze soorten binnen het hekwerk van de Plantentuin.